Gisteren had ik mijn eerste college, philosophy of physics. Hierin wordt een kort overzicht behandeld van de meest prangende filosofische kwesties op het gebied van grote natuurkundige onderwerpen als relativiteitstheorie, quantummechanica en statistische mechanica. Er wordt geen kennis van natuurkunde voorondersteld (het blijft puur conceptueel), en eigenlijk ook geen kennis van filosofie (het is het eerste college voor veel nieuwe masterstudenten). In principe heb ik hier geen probleem mee (sterker nog, als ik iets weet is het wel dat ik helemaal niets weet). Het trekt alleen wel het volgende soort opmerkingen aan:
M., net afgestudeerd Kroatisch natuurkundige met een interesse zowel kerkmuziek als de verschillende interpretaties van de quantummechanica: "Ja, ik wilde eigenlijk gelijk een PhD over dat onderwerp doen, maar ze lieten me niet toe! Ze zeiden dat ik eerst een master wetenschapsfilosofie moest doen! Belachelijk, ik heb al een achtergrond in wetenschapsfilosofie. Ik heb toch zeker twee vakken over dat onderwerp gedaan in de bachelor."
Of J., Canadees IPod-applet-ontwikkelaar: "Oh, dat klinkt leuk! Veel mensen denken dat ik geen achtergrond in natuurwetenschap heb, maar dat is natuurlijk onzin. Ik heb drie vakken over natuurwetenschap gedaan op de universiteit: wetenschapsgeschiedenis, technologie in de Grieks-Romeinse tijd en Inleiding tot Natuurwetenschap."
Morgen heb ik mijn tweede vak, Rationality and Choice, dat gaat over problemen binnen de sociale wetenschappen (zoals bijvoorbeeld economie en sociologie). Het zal voor mij wel een makkie worden: ik heb in de derde klas een heel jaar Economie gehad van mijnheer Boukris.