Dan sta je daar. De quizmaster, gestoken in een fout pak, en op de een of andere manier met het hoofd van Michael Palin, grijnst je tegemoet en zegt: "Gaat u met de prijs, 30.000 pond naar huis? Of komt u volgende week terug en speelt u weer... het PhD spel?"
Ik heb inmiddels van een bescheiden universiteitje in het noorden van Engeland een beursaanbod gekregen, voor drie jaar, inclusief een flinke zak geld richting mijn levensonderhoud. Het is een goede universiteit, staat op 38 in de wereldranglijst, de mensen zijn er vriendelijk. Er is alleen een probleem, want zoals Jarvis Cocker zong in Glory Days: "When you've seen how big the world is, how can you make do with this?"
Die zoektocht naar een universiteit lijkt, zoals ik eerder al aangaf in een blog over je aanmelden voor een PhD, een beetje op een zoektocht naar een leuke partner. En ik houd de boot een beetje af. Ik ben onbetrouwbaar, iemand die zegt dat ze wel even een kopje koffie komt drinken maar dan op het laatste moment afzegt. Iemand die steeds vlot op mails reageert, maar als je vraagt: "Kom je dan echt volgend jaar?" een paar dagen op zich laat wachten. Het is net een heel ongezonde relatie. En ik twijfel.
Dat laten de dames en heren bij de twijfeluniversiteit niet op zich zitten, dus beladen ze me met lieve briefjes. Zeggen dat ze me heel goed vinden en dat, hoewel ze zich kunnen voorstellen dat ik nog andere mogelijkheden heb, het zo leuk zouden vinden als ik voor hen koos, dat meneer F. het zo fijn zou vinden om met me samen te werken. En, als klap op de vuurpijl, dat ze geld voor me hebben.
Nu is het inmiddels hopelijk duidelijk dat je niet standaard betaald wordt voor een PhD in Engeland en dat het godgans onmogelijk is om een leuke beurs te krijgen, tenzij je op een specifieke maandag in 1997 blauwe sokken hebt gedragen. Het lijkt een compleet random proces. Dus als Michael dan voor je staat en zegt: ja, je hebt de juiste doos uitgekozen, je kan volgend jaar eten, wil je naar huis?, wat zeg je dan?
Ik twijfel. Ik heb een groot schema gemaakt waarin mijn beursmogelijkheden allemaal kleine takjes van een beslissingsproces zijn. Ik weet: de kans dat ik nog iets anders krijg aangeboden is heel klein. Als ik dit niet accepteer en, zeg, voor de beste universiteit ter wereld kies, moet ik waarschijnlijk flink gaan lenen. Maar het is dan wel de beste universiteit ter wereld en ik voel me er thuis.
Dus ik dacht, goh, ik wacht het nog even af. Ik zeg tegen de twijfeluniversiteit dat ik nog andere mogelijkheden in de pijpleiding heb, dat ik als dat niet doorgaat graag naar ze toe kom, maar dat het nog even duurt voor ik die beslissing weloverwogen en goedgeinformeerd kan maken. Het is alsof je tegen je minnaar zegt: ik vertel het volgende week aan mijn vrouw, ze is deze week net jarig, dat is ook weer zoiets. Overdreven analogie? Welnee. Want nog geen dag nadat ik dit aan mijn twijfelvrienden had verteld, kreeg ik een mailtje:
"Your acceptance of the scholarship would indicate a commitment to take up the award and study here. That is, we would then expect you to begin here in October."
en een mailtje:
"I would be grateful if you could let us know whether you intend to take up this award by no later than Wednesday 25th May."
Dat is volgende week woensdag. Dus ik word voor het blok gezet! Ga ik voor de safe way out? Of is dat net als terug onder de dekens kruipen, uitroepend: "Laat maar! Ik hoef al niet meer!" En Michael Palin ondertussen maar glimlachen, en dat pak maar glitteren, en die doos maar aanlokkelijk daar liggen. Hier zijn problemen in decision theory van gemaakt.